Eddy van de Werken over zijn vertrek bij OIZ

Interview door Thijs Doorenbosch

Afscheid met trots en met pijn in het hart

“We zijn hard gegroeid en we hebben laten zien dat we als branchevereniging meerwaarde bieden door precompetitief samen te werken. We hebben aangetoond dat we een autoriteit zijn als vertegenwoordiger van de ICT-bedrijven in de zorg.” Dit zijn de mijlpalen waar Eddy van de Werken na 9 jaar als bestuurslid van OIZ met trots op terugkijkt, maar er ligt veel werk voor zijn opvolger.

Eddy van de Werken nam op 3 juli afscheid als voorzitter van de branchevereniging OIZ. “Het is goed dat er aan bestuursfuncties een geldigheidstermijn zit om te voorkomen dat je dingen vanuit gewoonte gaat doen. Afscheid nemen gaat ook wel een beetje met pijn in het hart. Niet alle doelen die ik mezelf had gesteld, zijn behaald. Die opdracht ga ik doorgeven aan de nieuwe voorzitter.”

Welke doelen zijn nog niet gehaald?

“We zijn op de goede weg. We zitten als volwaardige partner aan tafel bij het ministerie van VWS. Dat is gelukt door de juiste positief-kritische toon te kiezen. Ook de samenwerking met NedXis als vertegenwoordiger van de leveranciers van apotheek- en huisartsensystemen, heeft in de afgelopen jaren vorm gekregen. Met Robert van Wijk als vertegenwoordiger van SILIZO, het samenwerkingsverband van OIZ en NedXis, hebben we een plek gekregen aan de tafel van het Digitaal Transitie Orgaan. In dat overlegorgaan praten vertegenwoordigers van VWS, zorgaanbieders, patiënten/inwoners, ICT-leveranciers en andere relevante partijen zoals Nictiz en Zorgverzekeraars Nederland (ZN) over digitale transformatie in de zorg.”

“Maar wat we nog niet voor elkaar hebben gekregen is een integrale roadmap voor alle ICT-ontwikkelingen in de zorg. Ik heb een aantal jaren geleden al tegen Erik Gerritsen, toenmalig secretaris-generaal bij VWS, gezegd: Je moet de regie nemen op zorg en ICT en structuur aanbrengen in alles wat er over de zorg-ICT-markt wordt uitgestort.”

“Er moet een overzicht komen van alle zorg-ICT-initiatieven die VWS zelf initieert en welke worden gestart door andere partijen als ZN en Zelfstandige Bestuursorganen (ZBO’s), én van de al bestaande initiatieven. Dat overzicht moet laten aangeven waar de prioriteiten liggen. Dan wordt duidelijk hoe wij als ICT-leveranciers effectiever en efficiënter kunnen werken. Ook weten we dan beter waar we onze energie in moeten steken. Dus in onderwerpen die echt waarde toevoegen voor de inwoners/ patiënten van Nederland en de zorgprofessionals.”

“Er wordt nu nog te veel gedacht vanuit de technologie. Het uitgangspunt moet niet zijn: we moderniseren de informatie-uitwisseling omdat de techniek verouderd is. De techniek is niet het doel, maar een middel. Het doel is bijvoorbeeld om het aantal medicatiefouten terug te dringen. Eén van de voorwaarden daarbij is dat er meer informatie-uitwisseling nodig is. Voor minder medicatiefouten heb je echter ook standaarden nodig. Denk bijvoorbeeld aan afspraken over semantiek. Iedere zorgverlener moet immers wel over dezelfde dingen praten. Anders knoop je systemen technisch aan elkaar, maar is iedereen ontevreden omdat de informatie niet op elkaar aansluit. Dus daarom moet de focus niet liggen op de ICT-bedrijven om de technologie voor elkaar te krijgen, maar op de regie op informatie-uitwisseling die toegevoegde waarde levert. Tot op heden is het nog niet goed gelukt het ministerie ervan te overtuigen om dat bovenaan de eigen agenda te zetten. Daardoor zijn er veel initiatieven vanuit verschillende hoeken, zoals ministeries, ZN,  ZBO’s en leveranciers, zonder centrale prioritering of afstemming.”

Wat is jouw rol na 3 juli?

“Ik ga proberen me minder met deze bestuurszaken te bemoeien. Natuurlijk wil ik graag kennis en contacten overdragen. Daarvoor blijf ik ook na 3 juli beschikbaar. Maar ik ben dan gewoon lid van OIZ als vertegenwoordiger van Centric, mijn werkgever. Ik ben Centric dankbaar voor de ruimte die ik kreeg om mijn rol als OIZ-voorzitter goed te vervullen. Ik mocht daar een halve dag in de week aan besteden, en in totaal was ik er wel een dag in de week mee bezig. Ik zie het echt als een investering voor de branche en de maatschappij.”

“Centric is actief in het sociaal domein, voor de lokale overheid. Daar valt  de Jeugdwet en Wmo onder, waar de lokale overheid een centrale bestuurlijke en financiële rol bij heeft. Ik zie ook al langer parallellen tussen de lokale overheid en zorg. Ze hebben voor een groot deel dezelfde behoeften, deels dezelfde cultuur en dezelfde set aan informatie die verwerkt wordt. Thema’s als soevereine cloud, common ground en autonomie, waar Centric aan werkt, zijn overal belangrijk. Dus blijft het ook voor Centric van toegevoegde waarde om op die onderwerpen bij OIZ aangehaakt te blijven.”

Wie wordt de nieuwe OIZ-bestuursvoorzitter?

“Een definitieve opvolger was er nog niet op 3 juli. Ik houd me bewust niet bezig met de keuze voor een nieuwe bestuursvoorzitter. Dat is niet aan mij. Peter Zwambach, één van de huidige bestuursleden, heeft de taak als waarnemend voorzitter overgenomen. Hij heeft al aangegeven dit niet structureel te willen doen. Tot nu toe werd de voorzitter gekozen uit het huidige bestuur, maar nu zoeken we dus een nieuw bestuurslid als voorzitter.” 

Waar kijk je met het meeste plezier op terug?

Ik heb ontzettend veel geleerd in deze tijd. Ik ben ook wel dankbaar dat ik in deze rol met heel veel mensen goed heb kunnen samenwerken. Het geeft voldoening om iets toe te kunnen voegen aan de maatschappij door het leggen van contacten en ook wel eens moeilijke gesprekken te voeren. Als dat leidt tot betere samenwerking en goede relaties, dan haal ik daar veel plezier uit.”